Het Vlaams Belang is bijzonder kritisch over de aanpassingen die minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld) wil doorvoeren om Justitie naar eigen zeggen ‘menselijker, sneller en straffer’ te maken. “Naast een aantal noodzakelijke veranderingen springen in zijn wetsontwerp vooral de aanpassingen waarop niemand zit te wachten in het oog”, zegt Kamerlid Marijke Dillen. “Zo bijvoorbeeld de vermindering van de minimumproeftijd en de opheffing van het hoofddoekenverbod in de rechtszaal.”
Het Vlaams Belang zal zich verzetten tegen de geplande vermindering van de minimumproeftijd van twee naar één jaar. “Het College van Procureurs-generaal is hier in een advies bijzonder kritisch over”, aldus Dillen. “Zo wordt niet alleen expliciet gewezen op het ontbreken van wetenschappelijke en statistische gegevens om tot een vermindering te besluiten, maar bovendien wordt uitdrukkelijk bepaald dat een maatschappij erbij gebaat is dat veroordeelden voor hun vrijlating in de samenleving gedurende een voldoende lange periode adequaat worden begeleid.”
Voor het Vlaams Belang is het evident dat een beslissing tot halvering van de minimumproeftijd voor langgestraften enkel weloverwogen en op basis van met wetenschappelijk bewijs gestaafde redenen genomen kan worden.
“Justitie wordt weer wat minder menselijk en straf”
“Daarnaast poogt Van Quickenborne middels dit wetsontwerp het symbool bij uitstek van de onderdrukking van de vrouw, de hoofddoek, toe te laten in de rechtszalen”, vervolgt Dillen. “Met als enige argumentatie het zogezegde feit de sociale verwachting dat mensen hun hoofddeksel afnemen aan belang zou hebben ingeboet. Vooreerst wordt die bewering niet gestaafd, en daarnaast gaat het hier niet om sociale verwachting maar om neutraliteit en eerbied, beleefdheid en respect naar de vrouw toe.”
“Het is de eerste keer in de Belgische geschiedenis dat een wetsontwerp als titel – menselijker, sneller en straffer – een verkiezingsslogan kreeg”, merkt Dillen tot slot op. “En het is dan nog een heel misleidende slogan. Dat door de vermindering van de proeftijd de veiligheid van de burgers erop achteruitgaat is niet straf te noemen, en de onderdrukking van de moslimvrouw heeft niets menselijks.”