Het Vlaams Belang stelt zich vragen bij de enorme regionale verschillen in het effectieve inningspercentage van verkeersboetes met een onmiddellijke inning. “Voor wat betreft het jaar 2020 werden er in het hele land voor 671.691.137 euro aan boetes effectief geïnd”, zegt federaal volksvertegenwoordiger Katleen Bury. “Uit de recente cijfers die ik hierover opvroeg bij minister van Justitie Vincent Van Quickenborne (Open Vld), blijkt dat er 499.474 boetes, goed voor meer dan 57 miljoen euro, openstaan, waarvan minder dan 25 miljoen euro in Vlaanderen.”

Vanaf einde maart 2018 is het proces voor het innen van verkeersboetes grotendeels geautomatiseerd. “De bedoeling was om de inning te vergemakkelijken en het inningspercentage op te drijven”, aldus Bury. “Maar blijkbaar lukt dit niet overal even goed. “Waar Vlamingen voor meer dan 90 procent hun uitstaande boetes betalen, schommelt het percentage in Brussel en Wallonië rond de 80 procent.”

“Er zijn geen rationele en aanvaardbare verklaringen voor de verschillen in het inningspercentage van de verkeersboetes”

De beste leerlingen van de klas zijn Limburg (inningspercentage van 92.33 procent), West-Vlaanderen (92.21 procent), en Eupen (91.64 procent). Aan het andere uiteinde vinden we Charleroi (78.34 procent), Bergen-Doornik (79.53 procent) en Brussel (80.24 procent).

“Het is opvallend dat het best scorende Waalse arrondissement (Waals-Brabant) het met een inningspercentage van 85.18 procent nog altijd slechter doet dan het slechtst scorende Vlaamse arrondissement (Halle-Vilvoorde, 88.5 procent)”, stelt Bury tot slot vast. “Ik zal minister Van Quickenborne ondervragen over deze regionale verschillen.”